Kunstschilder Antoon Schoonjans

Antoon SCHOONJANS was een vermaard barokschilder (Antwerpse School).
Hij schilderde historiestukken, mythologische taferelen, religieuse onderwerpen en portretten. Hij was hofschilder aan het Keizerlijk hof van Leopold I in Wenen en aan het Koninklijk hof in Berlijn. Enkele musea zijn in het bezit van een aantal van zijn schilderijen, tekeningen en etsen naar zijn werk.

Zijn familienaam werd op verschillende manieren gespeld: Schoonjans, Schoonians, Schönian, Sconians, Sconjans, Choonjans, Skomanz, Skonan, Skomian, Spoonjans, Squoniam, Schoonyans of Sevonyans. Ook van zijn voornaam zijn er afhankelijk van de taal van het land waar hij verbleef, verschillende varianten gekend: Antoon, Anthon, Antoine, Anthoni of Anthony.

Antoon Schoonjans is gedoopt te Ninove op 5 maart 1655 als de zoon van Joannes Schoonians (wijnhandelaar) en Anna de Gruytere. Antoon was in 1668 in Antwerpen leerling van Erasmus Quillinus II. Deze laatste is één van de bekendste leerlingen van Rubens.
In 1674 ontmoet de weduwe van Jan Schoonjans haar zoon Antoon in Reims. Rond die periode verbleef hij enige tijd in Parijs. Op 6 januari 1675 bevindt hij zich in Rome, waar hij kennis maakt met de Italiaanse barok en zich gedurende 10 jaar vervolmaakt in de schilderkunst. Hij wordt in Rome opgenomen bij de bentvogels en krijgt de bijnaam Parrhasius en hij woont bij de bloemenschilder Carel de Vogelaer in de Via Margutta. in het jaar 1686 wordt Antoon Schoonjans vermeld in Lyon. Tussen 1688 en 1689 woont hij in Corso, in de omgeving van de Via di Ripetta.

Wij weten ook dat Antoon Schoonjans tussen 1690 en 1695 de Zwitsere barokschilder Georg GSELL als leerling had en de stijl van Gsell mee beïnvloed heeft.

Anthoon Schoonjans Anthoon Schoonjans

Antoon Schoonjans: zelfportretten

In 1693 treffen wij hem aan in Wenen. Hij schildert daar een altaardoek in de kapel van het kasteel Weikersdorf in de omgeving van Wenen. In 1695 werd hij hofschilder van Keizer Leopold I Van Oostenrijk, maar behoorde niet tot de hofhouding. Een jaar eerder zou hem van het Deense hof in Kopenhagen een aanvraag om een portret toegestuurd zijn. In 1696 zou hij Wenen plotseling verlaten hebben voor Kopenhagen. Op 8 oktober 1697 huwt Maria Theresia SCHOONJANS, zuster van Antoon, met de Antwerpse schilder Parijs (Paris) in de Sint-Stephankerk in Wenen. In 1700 schilderde hij in de Sint-Stephandom te Wenen een altaarstuk. In 1702 was hij in Berlijn. In een brief aan de Hannoverse gezant in Den Haag schrijft koningin Sophie Charlotte van Pruisen:

“J'en rejouis Madame l'électrice (Keurvorstin Sophie van Hannover, haar moeder) qui est ici depuis quelques jours dans la meilleure santé du monde. Elle prend plaisir à voir mes comédiens dont vous connaissez la capacité va aussi à une petite pastorale qui à mon gré est très jolie, car Bononcini qui est au rois de Romains l'a composée et a une femme de Vienne avec lui, mariée à un peintre, qui y chante, qui a la plus belle voix que j'ai entendue depuis longtemps.”

Jozef-I

Giovanni Bononcini (1670 - 1747) is misschien wel een van de meest onderschatte componisten van het begin-midden van de 18e eeuw. Een vruchtbaar componist in alle genres van de vocale muziek uit cantate da camera tot opera en oratorium, hij schreef ook een aantal instrumentale werken, variërend van sonates tot symfonie.

Dit schilderij is van de hand van Antoon Schoonjans en bevindt zich in het kasteel Charlottenburg in Berlijn.

Giovanni Bononcini was een Italiaanse componist, die samenwerkte met Maria Regina SCHOONJANS (SCHWEIZERIN), een operazangeres en echtgenote van de schilder. In 1702 verlaat Antoon samen met zijn vrouw Regina Oostenrijk. De oorzaak van hun vertrek uit Wenen is niet met zekerheid gekend. Maar in een latere brief schrijft Sophie Charlotte “...par une jalousie il a quitté Vienne, dont le roi des Romains est fort en colère”. Regina was met Bononcini naar Wenen gekomen en Anthoon wou niet dat Regina zonder hem, maar samen met de componist naar Berlijn zou reizen.

Tijdens zijn verblijf in Berlijn had hij Koningin Sophie Charlotte beloofd de zoldering, kamers en galerijen van het kasteel Lützenburg, de toenmalige naam van Charlotteburg, te schilderen. In mei 1703 is hij in Den Haag. Hier verblijft hij bij een goudsmid genaamd Spyk. In ruil voor kost en inwoon van hemzelf, zijn vrouw en zijn knecht zou hij de gastheer het ambacht van kunstschilder aanleren; hier komt niets van terecht. De auteur Gool beschrijft deze periode van Schoonjans en noteert met duidelijk verachting “het onsympathieke karakter van de schilder”.
Ook Sophie Charlotte vraagt via diverse tussenpersonen om deze “bizarre” man aan te manen om naar Berlijn terug te keren. (Sophie Charlotte overlijdt op 1 februari 1705 en Anthoon vond dat zijn belofte hierdoor vervallen was.)

Jozef-I

David met de slinger

Van Antoon Schoonjans zijn weinig allegorische of mythologische portretten bekend, een genre dat nochtans grote furore maakte in Frankrijk en in de Germaanse landen. Het is in Berlijn waar hij aan het Hof van Frederik I werkt en er in 1702 het opzienbarend Portret van Frederik Wilhelm I als David schilderde. Het is een typisch voorbeeld van een barokschildering in Duitsland in het begin van de 18de eeuw.
Helmut Borsch Supan, vermaard kunsthistoricus, vermeldt dit als het mooiste werk van Antoon Schoonjans. Dit schilderij verbeeldt kroonprins Frederik Willem, de latere soldaat-koning als de Bijbelse David. Hij roemt het werk als het merkwaardigste barokschilderij in kasteel Charlotteburg in Berlijn. Een andere kunstliefhebber, Mathias Oesterich bewonderde zijn “noblesse” en “grandeur dans l'attitude”.

 

In 1704 reisde hij ook nog naar Engeland waar hij in “The little Montague house” het trappenhuis schilderde en er ook een portret maakte van een zekere dokter Peeters.

In 1706 zou Antoon Schoonjans enige les gegeven hebben aan de Nederlandse bloemenschilder(es) Margareta Haverman.

Cleopatra laat een parel vallen in een beker met azijn

“Cleopatra laat een parel vallen in een beker met azijn” of “Cleopatra werpt de parel in een beker wijn”, gedateerd: 1706

Boekarest, Muzeul National de Arta al României, inv./cat.nr. 8424/458.
Gesigneerd en gedateerd “An. Schoonyans S.C.M.P. Pinxit 1706” . (SCMP is de afkorting van “Suæ Cæsaræe Majestatis Curalis Pictor”), dit is de titel van Schoonjans toen hij hofschilder was in Wenen. Toen hij dit werk schilderde verbeef hij evenwel in Amsterdam.

Na Den Haag, en misschien zelfs nog na een verblijf in Berlijn, vinden wij zijn spoor terug aan het hof van Johann Wilhelm, keurvorst von der Paltz. Hij schilderde er het portret van de vorst en zijn echtgenote. In deze periode maakte hij veel tekeningen, waarvan vele zich nog in het Stedelijk museum van Düsseldorf bevinden. Na de dood van keurvorst Johann Wilhelm in 1716 gaat Antoon Schoonjans terug naar Wenen. In Slovenië werkte hij in “the Križanke Church” samen met Johann Michael Rottmayr. Maar in 1726 wordt hij opgemerkt in Brno (Tsjechië) waar hij “St. John van Nepomuk” zou geschilderd hebben.

Friededrich Wilhelm van Pruisen

Portret van kroonprins Fredrik Willem I van Pruisen;
Olie op doek door Antoon Schoonjans (1693)

Friedrich Wilhelm I is geboren in Berlijn op 14 augustus 1688 en overleed in Potsdam op 31 mei 1740). Hij was koning in Pruisen en keurvorst van Brandenburg van 1713 tot zijn dood. De koning verwierf een reputatie door zijn voorliefde voor militair vertoon, hetgeen leidde tot zijn bijzondere inspanningen om de langste mannen die hij kon vinden in heel Europa te huren voor een speciaal regiment, de Potsdammer Reuzen genaamd. Hij stond bekend als de Soldatenkoning.
Na de Vrede van Utrecht concentreerde Frederik Willem zich op het uitbouwen van het Pruisisch leger. Frederik Willem was een zeer kundige bestuurder, administrateur en de grondlegger van de Pruisische ambtenarenstaat. In 1717 voerde hij een leerplicht in, de belastingen werden hervormd en in 1733 voerde hij de dienstplicht in.
Frederik Willem moest niets hebben van musici, wetenschappers en intellectuelen en ook niets van alles wat Frans was, maar had wel een bewondering voor Nederland.

De steniging van Sint-Stephanus Maria Hemelvaart

De steniging van Sint-Stephanus: Pfarrkirche in Ottnang am Hausruck

Maria Hemelvaart in de kerk van
Stift Neukloster in Wenen

Wij weten ook dat Antoon Schoonjans de Zwitsere barokschilder Georg GSELL als leerling had en de stijl van Gsell mee beïnvloed heeft. In Slovenië werkte hij in “the Križanke Church” samen met Johann Michael Rottmayr.

De werken van Antoon Schoonjans zijn over heel Europa verspreid, voornamelijk in Oost- en Midden-Europa. De meeste van zijn werken bevinden zich momenteel in Wenen (Oostenrijk), in Berlijn en Düsseldorf (Duitsland), in deze laatste stad vooral tekeningen.
Dat wij in de musea in België en Nederland weinig werk van Antoon Schoonjans terugvinden, is waarschijnlijk het gevolg van een visie op onze kunstgeschiedenis waarin onze betrekkingen met Oost- en Midden-Europa enigzins verwaarloosd werden. Bovendien is er in de Nederlanden geen enkel museum in het bezit van olieverfwerk van zijn hand.

Het laatste met zekerheid gekende werk is een “Kruisafname” dat hij schilderde voor het “adelijke vrouwen-klooster van de Salesianerinnen” aan de Wiener Rennweg. Zijn laatste levenjaren brengt hij teruggetrokken door in Perchtoldsdorf. Antoon SCHOONJANS overlijdt op 13 augustus 1726 ten gevolge van een “innerlichen Brand”, in woning in de Schlauflergasse in Wenen.